thumbnail-post
15|9|2016

HOE BEËINDIG JE EEN OPROEPOVEREENKOMST?

Wat doe je als een oproepkracht niet meer bevalt? In de praktijk wordt de oproepkracht vaak niet meer opgeroepen. Maar voor een oproepovereenkomst als een nulurencontract of een min-maxcontract is dat alleen, juridisch niet genoeg.

Een nulurencontract of een min-maxcontract is een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht, en dit is ook een arbeidsovereenkomst. Wanneer je besluit een oproepkracht niet meer op te roepen omdat hij niet meer bevalt, blijft de arbeidsovereenkomst bestaan. Je loopt dan het risico dat:

  • Je de arbeidskracht weer te werk moet stellen. Een werknemer kan bijvoorbeeld vorderen dat hij te werk wordt gesteld voor het gemiddeld aantal uren dat hij werkte voordat hij niet meer werd opgeroepen.
  • Je het loon moet doorbetalen op grond van artikel 7:628 BW of artikel 7:629 BW.

Rechtsgeldig einde oproepovereenkomst

Om deze risico’s te voorkomen, is een rechtsgeldig einde van de oproepovereenkomst nodig. Hiervoor gelden dezelfde regels als voor het einde van de arbeidsovereenkomst. Dus de overeenkomst eindigt na het verstrijken van de duur waarvoor de arbeidsovereenkomst is aangegaan. Let op: bij een tijdelijk contract van zes maanden of langer moet je tijdig aanzeggen.

Daarnaast kan de overeenkomst voor bepaalde tijd eindigen door:

  • proeftijdontslag (let op; in arbeidsovereenkomsten voor bepaalde tijd van zes maanden of korter kan geen geldige proeftijd worden opgenomen);
  • tussentijdse opzegging (met instemming van de werknemer of toestemming van UWV);
  • ontslag op staande voet;
  • ontbinding door de kantonrechter;
  • beëindiging met wederzijds goedvinden.

Oproepovereenkomst voor onbepaalde tijd

Bij een arbeidsovereenkomst met uitgestelde prestatieplicht voor onbepaalde tijd kunt u de overeenkomst beëindigen door middel van:

  • proeftijdontslag;
  • opzegging (met instemming van de werknemer of toestemming van UWV);
  • ontslag op staande voet;
  • ontbinding door de kantonrechter.
  • beëindiging met wederzijds goedvinden.